
Vanmorgen vroeg op, want ik wil nu eens een mooie foto maken van het Zilveren Paviljoen, Ginkakuji, zonder massa's mensen eromheen. Ik ben er een half uur voor openingstijd. De thee- en groene ijswinkel wordt ook klaargemaakt voor de dag.

Om precies 8.30 uur loop ik als eerste door de poort naar binnen en neem alvast een proeffoto. De zon staat precies goed, er zijn inderdaad weinig mensen. De lijnen van de zentuin, de zilveren zandzee, liggen er mooi bij.

Dan verschijnt er een tuinman die een beetje begint de vegen om de kegelvorm van de Fuji - het platform vanwaar het maanlicht wordt weerkaatst... Even wachten maar tot hij weg is.

Nadat ik even heb gewacht, verdwijnt hij niet, maar verschijnen er steeds meer tuinlieden...

Ze beginnen met harken het zand om te woelen, er wordt water gespoten en de messcherpe voren van de Zilveren Zandzee zijn binnen de kortste keren veranderd in een zandbak, waar kleuters en poezen heel blij van zouden worden. Maar ik niet echt, eigenlijk. Het blijkt dat vandaag de maandelijkse onderhoudsdag is. Eigenlijk wel een kans om dit te kunnen fotograferen, ik ken weinig mensen die dit hebben gezien.

Zo zou het eruit zien als de tuin niet nauwgezet werd bijgehouden.
Dan beginnen ze de nieuwe voren te trekken, langs strak gespannen draden. De geribbelde voren worden gevormd met de tanden van een grote hark, de gladde voren met de achterkant van dezelfde hark, verzwaard met een grote steen. Ik moet een beetje lachen, want vrienden hebben me weleens gevraagd: Watvoor "gadgets" gebruiken ze eigenlijk om zo'n grindvlakte zo perfect te maken?

Nadat de voor is getrokken, wordt hij besproeid met water, het is hetzelfde principe als wanneer je aan het strand een zandkasteel bouwt.
Ik ga er vandoor, het zal wel goed komen, de zandzee begint alweer de oude te worden. Ik wacht maar niet tot ze aan de kegel beginnen.

Dag Ginkakuji...De mooie foto moet maar wachten tot een andere keer, maar intussen is deze toch ook wel erg prachtig.
Ik ga een wandeling maken langs het filosofenpad, dat lijkt me wel passend na deze ervaring. Onder de bladeren van de kersenbomen is het koel op deze warme dag. Je merkt alleen dat het herfst is door het geluid van de krekels, de geur van de osmanthus en hier en daar al wat gekleurde bladeren. Het is rustig langs het pad.

De dikke karpers die in het kanaaltje zwemmen, zonnen zich en bewegen heel langzaam.

Aan het einde van het pad ligt links de Nyaku-oji, de shintotempel die het beginpunt is van de bedevaart langs de Kumano pelgrimswegen.

Ik koop er een zwarte kraai met drie poten, de Yatagarasu, een amulet met een toekomstvoorspelling in zijn binnenste. De Yatagarasu is het symbool voor wedergeboorte en verjonging, hij is een richting-aangever. Hij heeft de eerste keizer Jimmu geleid naar Yamato, waar het begin van Japan ligt. Aan het rode draadje trek ik de voorspelling naar buiten - mooi, de op een na beste. Nadat ik hem heb gelezen, bind ik hem aan een takje van een kersenboom; de kami doen dan hun werk en zorgen dat het in orde komt.

'a Avonds eten met vrienden in de wijk Gion.

We eten shabu-shabu, dunne plakjes Kobe Beef, gekookt in een koperen pot met houtskool in de voet, in bouillon met groenten. Het restaurant,
Junidanya, is een oud huis, vol met schitterende volksnijverheid van beroemde Japanse kunstenaars; er is ook oud Imari te zien.

Het eten is heerlijk, en de sfeer geweldig met al die mooie keramiek en textiel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten